Qua veiligheid zijn het lastige tijden voor Europa. De Europese integratie was bedoeld om economische grenzen te laten smelten en de vrede te bewaren. Veel Europeanen willen neutraal zijn en bloedvergieten zoveel mogelijk voorkomen. Van bloed heeft dit continent genoeg meegemaakt. Met de val van de Berlijnse Muur kwam in 1989 gelukkig een einde aan de Koude Oorlog. Francis Fukuyama zag in zijn werk ‘The end of History’ (1992) de val van de Sovjet-Unie als de erkenning van de universaliteit van de westerse liberale democratie. Liberale waarden en democratie zouden de agenda bepalen. In de jaren negentig werd in Nederland in die sfeer de militaire dienstplicht opgeschort. Vrede- en stabilisatieoperaties buiten de eigen grenzen vroegen bovendien om goed getrainde beroepsmilitairen, hoewel de Nederlandse bijdragen aan die operaties weer regelmatig mislukten qua eindresultaat. Door de afschaffing van de dienstplicht nam de verankering van de noodzaak van defensie in de samenleving af. Op defensie konden politici zonder veel politiek weerwerk lekker bezuinigen, waardoor Nederland op bepaald moment niet meer voldeed aan gemaakte afspraken in NAVO-verband. Officieel moet 2 procent van het bruto binnenlands product worden besteed aan defensie.
Na de Tweede Wereldoorlog dachten veel Europeanen in termen van vrede, democratie en mensenrechten. Het denken in macht was fout, want macht zou gevaarlijk zijn. Het mooie idee van de duurzame vrede van Immanuel Kant uit 1795 zou zich als een olievlek gaan verspreiden, en dat lukte ook in een flink aantal landen (Griekenland, Spanje, Portugal, Midden- en Oost-Europa). De Amerikanen boden een prettige atoomparaplu. Problemen zouden vooral juridisch kunnen worden opgelost via organisaties als de Wereldhandelsorganisatie en de Verenigde Naties. Maar tegenwoordig blijkt helaas dat democratie en liberale waarden steeds meer onder druk zijn gekomen. Autocratische regimes kunnen door technologische mogelijkheden de grip op hun samenleving op ongekende wijze vergroten (China, Rusland). Mensen met kritiek worden daar grof vermoord door de eigen overheid. Niet liberale waarden bepalen de agenda, het zijn de autoritaire regimes die op oorlogspad gaan. Zelfs Victor Orbán van EU-lidstaat Hongarije pleit openlijk voor een illiberale democratie.
Daarnaast lijken de Amerikanen zich meer te focussen op de relaties met China en minder op de relaties met Europa. De Amerikanen lijken vermoeider als het gaat om het blijven bieden van kostbare veiligheidsgaranties voor Europa. Voor de Amerkanen is Zelensky ver weg. De Europese landen zullen dus meer onafhankelijk moeten worden en zelf hun zaakjes gaan doppen. Dat vereist een sterke politieke gemeenschap die zelf verantwoordelijkheid neemt voor de Europese veiligheid. Iemand als de Franse president Emmanuel Macron lijkt dat te beseffen.
De vraag is nu of de Europese Unie in staat en bereid is zich, in het conflict tussen Rusland en Oekraïne, op te stellen als een dappere grootmacht met één stem. In economische zin is de Europese Unie al een grootmacht, maar qua buitenlands beleid en defensie nog niet. Durft de Europese Unie meer te doen dan het sturen van geld, wapens en ammunitie? Wat is de Europese Unie bereid om uit te geven? Wat is de Europese strategie? Durft het echt partij te kiezen tegen Rusland? Waarschijnlijk zal pas een noodtoestand duidelijk maken of de leiders van de Europese Unie samen met de EU-burgers in staat zijn samen een vuist te maken. Of zal dat pas gebeuren na een rechtstreekse botsing met de soldaten van Poetin?
Amsterdam, 30 april 2024
Jan Willem Sap
Voorzitter VDE